De bouw van woningen aan de Pleinlaan kan worden voortgezetBij arrest nr. 228.987 van 30 oktober 2014 heeft de Raad van State de vordering tot schorsing afgewezen die was ingesteld tegen de stedenbouwkundige vergunning voor de aanleg van stormbekkens en van een straat die toegang verleent tot drie te bouwen panden aan de Pleinlaan, achter de brandweerkazerne, nabij het metrostation Delta, op een stuk grond dat de U.L.B. in 2007 aan een projectontwikkelaar heeft verkocht. Het arrest heeft hoofdzakelijk het volgende geoordeeld: - Dat het perceel in kwestie door de U.L.B. is verkocht zonder dat daarvoor een verkavelingsvergunning was afgegeven, staat er niet aan in de weg dat het voor bebouwing in aanmerking komt.
- Een effectenstudie betreffende de aanleg van alle stukken grond die de U.L.B. heeft verkocht en betreffende de naburige projecten, zoals de bouw van een ziekenhuis aan de andere kant van de Pleinlaan, is niet vereist. Een effectenverslag betreffende de werken waarop de bestreden vergunning betrekking heeft, volstaat.
- Dat dit effectenverslag alleen op die werken betrekking heeft en geen rekening houdt met de – nog niet vaststaande – bedoelingen van de projectontwikkelaar inzake de inrichting van de andere gronden die in 2007 zijn verworven, kan worden aanvaard. In het effectenverslag zijn de effecten op de mobiliteit, de flora en de fauna naar behoren onderzocht.
- In zijn arrest nr. 46/2012 heeft het Grondwettelijk Hof opgemerkt dat de Brusselse wetgeving inzake de milieu-effectbeoordeling van projecten ongrondwettig was in zoverre ze twee categorieën projecten onderscheidde, waarbij voor de ene categorie een effectenstudie vereist was en voor de andere een effectenverslag. Die ongrondwettigheid is ondertussen verholpen. Het is daarenboven duidelijk dat voor een dermate beperkt project geen effectenstudie noodzakelijk is.
- De bestreden vergunning is naar behoren gemotiveerd.
(31/10/2014) |